Wat Lince aangeeft klopt inderdaad...
Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens:
Art. 34: Gebruik mistlicht.
Bestuurders van motorvoertuigen en gehandicaptenvoertuigen mogen mistlicht aan de voorzijde voeren bij:
* mist
* sneeuwval
* regen,
die het zicht ernstig belemmert. In dat geval hoeven die bestuurders geen dimlicht te voeren.
De omstandigheid "die het zicht ernstig belemmert" geldt voor alle drie weertypen, dus zowel voor mist, sneeuwval en regen.
Het mistachterlicht mag gevoerd worden bij:
* mist
* sneeuwval
die het zicht tot een afstand van minder dan 50 meter beperkt.
Bij regen mag dus het mistachterlicht niet worden gebruikt, omdat dit onder die omstandigheid verblindend werkt. De omstandigheid "die het zicht tot een afstand enz." geldt voor beide weertypen, dus zowel voor mist als sneeuwval.
Artikel 34, eerste lid, RVV 1990 staat het bestuurders van een motorvoertuig en van een gehandicaptenvoertuig toe bij mist, sneeuwval of regen, die het zicht ernstig belemmert, mistlicht aan de voorzijde van het voertuig te voeren. Bij het voeren van mistlicht kan het voorkomen dat de bestuurder daarbij door de weerschijn van het eigen dimlicht wordt verblind. Daarom hoeft de bestuurder bij deze weersomstandigheden indien hij mistlicht aan de voorzijde van het voertuig voert, geen dimlicht te voeren.
Nieuwe verkeersregels per 1 april 2008
Als het mistig is bestaat de kans dat de bestuurder door de weerschijn van zijn eigen dimlichten verblind raakt. Daarom hoeven per 1 april de dimlichten niet meer aan als de mistlampen (code F of B in het glas) aan de voorzijde van de auto branden. En op auto’s die beschikken over speciale dagrijlichten (code R in het glas) mogen die nu ook worden gebruikt.
BRON:
http://www.infopolitie.nl